“Ik was 17 jaar toen we van Duitsland naar Ieper verhuisden. Mijn papa was beroepsmilitair. Ik zette hier mijn studies verder en werd kleuteronderwijzeres. Ik heb een tijd in Brussel gewerkt, maar toen ik Kristof leerde kennen, keerde ik naar West-Vlaanderen terug.
Op korte tijd heb ik enkele zware verliezen gekend. Mijn papa stierf aan kanker. Mijn dochtertje Keena overleed aan wiegendood. Mijn mama kreeg op jonge leeftijd een beroerte. Ze verhuisde naar wzc Wieltjesgracht, waar ze nog een beroerte kreeg.
Ik verliet het onderwijs, ging als winkelbediende aan de slag, later als poetshulp bij Familiehulp. Maar ik voelde dat er meer in mij zat. Ik zag de zorg voor mijn mama in het woonzorgcentrum. Ik besloot om de opleiding HBO5-verpleegkunde te volgen.
Natuurlijk zijn de verpleegkundige technieken belangrijk, maar de sociale, psychologische en emotionele zorg is voor mij minstens zo waardevol. Daarom koos ik voor de ouderenzorg. In een ziekenhuis is een patiënt een kamernummer. Dat heb ik genoeg ervaren tijdens mijn stages. Hier is elke bewoner een persoon, een individu, een mens.
Tijdens de opleiding zei een docente ons dat we zorg moesten verlenen alsof het voor ons eigen mama was. Mijn mama had toen net haar tweede beroerte gehad. Het is vandaag nog altijd mijn streven om elke bewoner die zorg en aandacht te geven die ik aan mijn eigen mama zou geven. Ook voor de familie probeer ik altijd klaar te staan. Ik weet uit ervaring hoe belangrijk dat is.
Tijdens mijn sollicitatiegesprek vertelde directeur Stefan mij dat hij medewerkers zocht die warm en liefdevol waren. Ik heb me hier van de eerste minuut thuis gevoeld. De collega’s zijn super. Iedereen helpt elkaar en de sfeer is open. Ook voor studenten, trouwens. Wie hier stage loopt, krijgt alle kansen. Als stagementor zie ik daar mee op toe.
Zelf kreeg ik ook volop kansen. Rond mijn 40ste besliste ik om de bacheloropleiding verpleegkunde te volgen. Ik kreeg de ruimte om werk en studies te combineren. Verder mag ik me 12 uur per maand focussen op kwaliteitsverbetering en zet ik me ook in voor vroegtijdige zorgplanning. We spreken daar open over met de bewoner en zijn familie, zodat we maximale kwaliteit van zorg én leven kunnen bieden, rekening houdend met de wensen van de bewoner.
Zelfs toen ik mijn bachelordiploma verpleegkunde op zak had, heb ik geen moment overwogen om in een ziekenhuis te werken. Als verpleegkundige in een woonzorgcentrum krijg je andere verantwoordelijkheden. Je hebt contacten met bewoners en familie die veel dieper gaan dan in het ziekenhuis.
Mijn beide ouders zijn ondertussen overleden, maar ik heb een hele lieve man, twee schatten van kinderen, Yakima (20) en Nimay (16), en ik koester de herinneringen aan Keena. Ik hou van mijn job, van mijn collega’s en de bewoners. Ik kan me geen betere werkplek voorstellen.”
Diana Van Wesemael
Volg de verhalen op onze Facebookpagina.