"Ken je dat nummer van André Hazes: Leef! ‘Leef alsof het je laatste dag is.’ Dat lied is mijn vader Paul op het lijf geschreven. Hij is altijd een sportieve en sociale man geweest. Hij voetbalde bij FC Woesten, was een tijdlang schepen van Openbare Werken en voorzitter van de plaatselijke Okra-vereniging. Altijd bezig, altijd onder de mensen. Elke avond ging hij naar een vergadering of zat hij op zijn computer te tokkelen. Fysiek kon hij nog mee, ondanks zijn hoge leeftijd, maar in zijn hoofd lukte het steeds moeilijker door beginnende ziekte van Alzheimer.
Sinds mijn moeder in 2012 overleed, woonde mijn vader alleen. Met de nodige thuishulp ging dat wonderwel. Hij bleef actief. Maar de laatste maanden voelde hij zich niet meer veilig alleen thuis. Hij besefte dat hij het alleen niet meer redde. Zo nuchter was hij wel. Hij heeft zich altijd goed aan nieuwe situaties aangepast.
Zelf was ik opgelucht toen hij een kamer in de nieuwe vleugel van Home Vrijzicht kon krijgen. De kringwerking stimuleert de sociale contacten onder bewoners en medewerkers. Ik ben gerust nu ik weet dat mijn vader niet op zijn kamer zit te verkommeren. Samen kaarten, samen eten, samen babbelen en herinneringen ophalen… Hij heeft hier zelfs een oude vriend ontmoet met wie hij vroeger nog gevoetbald heeft!
Waar ik me eerst wel wat zorgen over maakte, was zijn toenemende gewicht. Hij heeft altijd hard gewerkt en goed geleefd, maar hij sport natuurlijk niet meer als vroeger. Gelukkig stimuleren de zorgmedewerkers hem nu actief om wat meer te bewegen. Onlangs kwam ik in De Regenboog, het dagcentrum voor mensen met dementie. Fietsend op een hometrainer zat hij naar de Ronde van Frankrijk te kijken. Zo ken ik hem!
Corona was een lastige periode voor mensen in het woonzorgcentrum. Nauwelijks of geen bezoek, minder beweging... Mijn vader begreep het niet helemaal. Maar hij heeft geen opstandig karakter. Integendeel, hij is erg dankbaar. En hij blijft de charmante man die hij altijd geweest is. ‘Je hebt een mooi kleedje aan,’ zegt hij geregeld tegen een bewoonster. Als een medewerker hem vraagt hoe hij zich voelt, antwoordt hij: ‘Als jij er bent, voel ik me altijd goed.’ Die oude trucjes verleert hij niet. Het is zijn manier om contact te zoeken, om zich goed te voelen in de groep.
Als familielid voel ik mij hier altijd vriendelijk onthaald. Zowel op de de leefkring Stil Genoegen als in het dagcentrum De Regenboog. Een open communicatie, een vriendelijk woord, een luisterend oor… het is oh zo belangrijk. Ik heb vroeger zelf meer dan 20 jaar voor Familiehulp gewerkt. Ik weet wat goede zorg inhoudt. De tijd dat bewoners in een woonzorgcentrum ‘opgesloten’ zaten, ligt gelukkig ver achter ons. Heb je het nieuwe cafetariaterras hier trouwens al gezien? Dat is de max! Op bezoek in het woonzorgcentrum en samen met je vader een terrasje kunnen doen!”
Marie-Paule Wydoodt, dochter van Paul Wydoodt
Volg de verhalen op onze Facebookpagina.